Sociale verbondenheid: in contact blijven met familie en vrienden

Inhoud

Het is bekend dat sociale netwerken, familie en verwantschap belangrijke componenten zijn voor de Kwaliteit van Leven van zowel ouderen in het algemeen als mensen met verstandelijke beperkingen. Vooral verbondenheid met familie en vrienden blijkt een belangrijke invloed te hebben op de Kwaliteit van Leven van ouderen.

Studies tonen echter aan dat mensen met een verstandelijke beperking ofwel kleine netwerken hebben (enkel ouders of buren), netwerken met beperkte capaciteit (zoals familieleden met dezelfde beperking), ofwel conflicterende netwerken (loyaliteitsconflicten, ruzies met familieleden, pesterijen van buren, ...).  Mensen met een verstandelijke beperking hebben gemiddeld een netwerk van 14 tot 22 personen, terwijl mensen zonder beperking kunnen rekenen op een netwerk van gemiddeld 125 tot 150 personen.

Daar komt nog bij dat de omvang van het sociale netwerk van personen met een verstandelijke beperking die ouder worden, afneemt naargelang de ernst van de verstandelijk beperking, vooral wanneer relaties met personeelsleden en vrienden die in huis wonen buiten beschouwing worden gelaten. Personen met verstandelijke beperking doen meestal sociale activiteiten  met bekende medewerkers/ondersteuners of vrienden die in hetzelfde huis wonen. Voor personen met bijkomende gedragsmatige ondersteuningsnoden is het sociale netwerk (buiten de eigen directe familie en betaald ondersteunend personeel) bijna onbestaand. In feite wordt het personeel vaak aangewezen als de belangrijkste vertrouwelingen..

De sociale verbondenheid van personen met een verstandelijke beperking die ouder worden hangt ook nauw samen met de woonsituatie. Zo kunnen zij die in een kleinere omgeving wonen en zij die in de gemeenschap wonen gemakkelijker (sociale) relaties opbouwen of onderhouden dan zij die in grote instellingen en in een woongemeenschap wonen.

Anderzijds kan ook de nabijheid van familie en vrienden een grotere invloed hebben op iemands levenskwaliteit. Onderzoek toont namelijk aan dat wanneer mensen gescheiden worden van hun naasten (familie, vrienden en belangrijke zorgverleners) omwille van bijvoorbeeld een verhuis naar een residentiële voorziening (bv. woonzorgcentrum), vooral wanneer deze voorziening ver van huis is, dit een  aanzienlijke negatieve impact heeft op het welzijn van deze mensen. Voor deze unit ontwikkelden we specifieke acties die oudere mensen met een verstandelijke beperking kunnen helpen om sommige van deze uitdagingen te overwinnen en belichten we faciliterende factoren die het aangaan van relaties bevorderen.

Deze unit bevat drie grote oefeningen verdeeld in 6 kleinere activiteiten. Alle activiteiten worden uitgelegd in de handleidingen. In de bijlagen vindt u een aantal extra's, werkbladen, PPT, ... die nodig zijn om de oefeningen te voltooien. De oefeningen zijn bedoeld om personen met een verstandelijke beperking die ouder worden te laten nadenken over familieleden en vrienden die belangrijk voor hem/haar waren tijdens zijn/haar leven en om te leren over mogelijke manieren om contact te houden of opnieuw contact te leggen.

Oefening 1: Wie is belangrijk voor mij?

Oefening 2: Manieren om opnieuw in contact te komen

Oefening 3: Mijn plan om opnieuw contact te maken

De oefeningen zijn ontworpen om in de aangegeven volgorde te worden uitgevoerd, maar kunnen op elke manier worden uitgevoerd die u geschikt acht.  Elke oefening duurt ongeveer twee uur, maar dit kan variëren, afhankelijk van de omstandigheden en de groep.

Opmerking

De oefeningen zijn ontwikkeld voor personen met een verstandelijke beperking die ouder worden en die in staat zijn om verbaal te communiceren en om eenvoudige instructies te begrijpen. Ze zijn gemaakt als groepssessies, maar kunnen indien nodig op maat gemaakt worden voor gebruik met individuen. De oefeningen kunnen worden aangepast voor personen met meer complexe leerbehoeften door meer visuele of levende rekwisieten en rollenspelen te gebruiken.

Denk bij de aanpassing ook aan de volgende vragen:

  • Wat is hun huidige kader/achtergrond van kennis?
  • Wat begrijpen zij van wat er op dit moment in hun leven gebeurt? Wat begrijpen ze over de toekomst?
  • Hoeveel meer zouden ze kunnen leren begrijpen? Welke 'kennisbrokken' kunnen en moeten aan hun huidige kenniskader worden toegevoegd?

Leerresultaten

Kennis Vaardigheden

Weten wie een belangrijke rol speelde in hun leven.

  1. Belangrijke familieleden of vrienden benoemen
  2. Benoemen hoe vaak hij/zij belangrijke vrienden of familieleden ziet/hoort
  3. Benoemen hoe vaak hij/zij belangrijke vrienden of familieleden wil zien/horen

Manieren kennen om in contact te blijven, om band terug op te bouwen.

  1. Mogelijke manieren benoemen om contact te maken met familie/vrienden
  2. Mogelijke manieren benoemen om terug een band op te bouwen met familie/vrienden
  3. De juiste hulpmiddelen kiezen die contact met familie of vrienden mogelijk maken.

Weten hoe contacten te plannen/organiseren.

  1. Kunnen plannen/organiseren om (terug) contact te hebben met familie of vrienden

Andere eenheden

Unit 8
Sociale participatie

Actief ouder worden: Werken na de pensionering of vrijetijdsbesteding in de gemeenschap.

Unit 9
Sociale participatie

Sociaal engagement: Anderen helpen en een bijdrage leveren aan de samenleving.

Unit 10
Sociale participatie

Sociale media.