Leren over uw rechten.

Inhoud

Een van de meest geharde stereotypen over ouderen, in het bijzonder over ouderen met een verstandelijke beperking, is dat zij met het ouder worden in een toestand van totale afhankelijkheid van de zorg van hun familie en dierbaren terechtkomen. Wat we waarnemen in de leeftijdsgroep 60+ is echter volledig in tegenspraak met dit stereotype. Moderne ouderen zijn enorm actief - zij blijven ook na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd werken, nemen deel aan diverse belangenclubs en amateurverenigingen, doen vrijwilligerswerk, en in veel gevallen ondersteunen zij de gezinnen van hun kinderen, bijvoorbeeld door voltijds voor hun kleinkinderen te zorgen.

Het is echter onbetwistbaar dat ouder worden voor iedereen een echte uitdaging is. Aan de ene kant confronteert het ons met degeneratieve veranderingen in ons lichaam en onze intelligentie, aan de andere kant is het een grensperiode die van ons verlangt dat we onze doelen en plannen heroverwegen en zelfs nieuwe plannen gaan maken. En soms kunnen de veranderingen die we in het licht van dit alles moeten maken, echt beangstigend of demotiverend zijn. Ze kunnen ertoe leiden dat de oudere in een positie van totale zelf-isolatie terechtkomt of een uiterst passief gaat leven. Dit geldt in het bijzonder voor ouder wordende mensen met een verstandelijke beperking, die extra en systematische ondersteuning nodig hebben om hun onafhankelijkheid in de vergrijzingsperiode te handhaven. Daarom is, volgens ons, de gerichte steun aan ouder wordende mensen met een verstandelijke beperking om een hoger niveau van zelfstandigheid te bereiken één van de sleutelfactoren om hun levenskwaliteit te verbeteren. Zij moeten keuzemogelijkheden krijgen en het recht hebben om geïnformeerde beslissingen te nemen over hun (manier van) leven, en om respect te krijgen voor hun beslissingen, persoonlijke voorkeuren en meningen.
De familie is natuurlijk de beste omgeving die de behoeften van de oudere persoon met een verstandelijke beperking kan vervullen en die de vergrijzingsperiode kan omvormen tot een periode van positieve verandering. Helaas overheerst in de houding van de familie ten opzichte van de ouder wordende persoon met een verstandelijke beperking zeer vaak de wens van verwanten om de onafhankelijke besluitvorming van de ouder wordende persoon met een verstandelijke beperking te in te perken, om zijn beslissingen te nemen, om te proberen hem te vervangen bij de uitvoering van activiteiten die hij zelf succesvol zou kunnen uitvoeren, en hem zelfs volledig te ontdoen van zijn rol binnen de familie.  Met dit in gedachten hebben wij een oefening ontwikkeld om ouder wordende mensen met een verstandelijke beperking te helpen nadenken over hun rechten als persoon met een beperking en als burger, die door niemand kan worden geschonden, zelfs niet door de mensen die het dichtst bij hen staan. Het doel van deze oefening is ouder wordende mensen met een verstandelijke beperking te doen inzien dat ieder mens, die burger is, d.w.z. iedereen die lid is van een bepaalde samenleving en binnen de grenzen van een bepaald land woont, verschillende voordelen kan genieten die hem door het recht toekomen of met andere woorden - bepaalde rechten kan genieten. En dat betekent onder andere ook dat ieder van ons kan genieten van verschillende soorten sociale steun en diensten die onze onafhankelijkheid en ons welzijn garanderen. De opvoeder moet de ouder wordende persoon met een verstandelijke beperking er echter extra op attent maken dat het niet altijd iets te maken heeft met onze verlangens als persoon en hem leren hoe hij het verschil kan maken.

Leerresultaten

Kennis Vaardigheden
  1. Basiskennis van het begrip mensenrechten
  2. Kennis over de rol van de verschillende instellingen bij de bescherming van de rechten
  3. Kennis over de verschillende instellingen in het kader van de sociale dienstverlening
  4. Kennis over de verschillende sociale diensten die het zelfstandig wonen van mensen met een beperking ondersteunen
  5. Kennis van de administratieve procedures voor toegang tot sociale diensten en steun
  1. Het kunnen identificeren van belangrijke professionals die kunnen bijdragen tot onze onafhankelijkheid in dagelijkse levensactiviteiten
  2. Het onderscheid kunnen maken tussen rechten en verlangens
  3. De rechten van mensen met een beperking in verband kunnen brengen met concrete sociale dienstverlening in dit verband
  4. Het onderscheid kunnen maken tussen de werkvelden van verschillende instellingen die actief zijn op vlak van de sociale dienstverlening
  5. Hulp kunnen zoeken op een administratief niveau
  6. Namen en logos kunnen herkennen van verschillende instellingen (op nationaal niveau) die actief zijn op het gebied van rechtsbescherming en sociale dienstverlening

Andere eenheden

Unit 12
Onafhankelijkheid

Wie zijn de personen die belangrijk voor mij zijn?

Unit 13
Onafhankelijkheid

Passende levensdoelen kiezen en activiteiten kiezen die belangrijk voor me zijn.

Unit 14
Onafhankelijkheid

Kiezen voor zorg aan het einde van het leven en palliatieve zorg.